Zaterdag 22 juni was het zover. De legendarische triple mix wedstrijd. Voor het tweede jaar onderdeel van de competitie en voor mij de eerste keer dat ik mee mocht doen met dit spektakel. De weersomstandigheden waren perfect en de organisatie was weer tip top. Het kon niet anders dan dat dit een perfect georganiseerde gezellige dag zou worden. Hoe ik de triple mix in één woord zou omschrijven? Chaos.

Rotterdam stond de hele dag in het teken van triathlon, SuperSaturday. Om 8:30 uur openden de tweede divisie vrouwen de triathlon dag. Pas om 17:30 mochten Roos, Anna, Dieuwertje en ik (Kirsty) onze wedstrijd bij de eerste divisie starten. De wedstrijd, bestaande uit drie korte triathlons met de onderdelen in verschillende volgorde vergt niet alleen uiterste concentratie van de deelnemers, maar ook van de coaches. Gelukkig waren Marijke en Joep er om onze spullen na elke ronde weer op de juiste manier in de wisselzone klaar te zetten, dank!

De eerste ronde bestond uit het ‘normale’ zwemmen (300m), fietsen (5.3km) en lopen (1.5km). Het water was warm genoeg en Roos en ik kozen ervoor om zonder wetsuit het water in te stappen. Ik vind het toch altijd lastig om dat pak snel uit te trekken. En alles moet ook heel snel want anders dan mis je de groep voor het fietsen. Gelukkig hadden Anne en Dieuwertje minder moeite met het uitrekken van hun pak. Door een snelle wissel zat ik samen met Dieuwertje in een fietsgroep. Maar tijdens het hardlopen kon ik haar al snel niet meer bijhouden. En ook Anna rende mij knetter hard voorbij de laatste meters.

Na tien minuten rust ging de tweede ronde van start. Deze keer moesten we beginnen met lopen, vervolgens fietsen en eindigen met zwemmen. Ik had zelf verwacht dat deze versie mij het beste zou liggen maar niets was minder waar. Doordat ik een aardig tempo met hardlopen inzette moest ik op de fiets wat langer bijkomen. Maar dat was een vergissing, rustig ‘bijkomen’ past natuurlijk niet bij de triple mix dus het was volle bak gaan op de fiets. Met een hoge hartslag sprong ik van mijn fiets en nam de aanloop (300m) naar het water. Dit was wel een heerlijke verkoeling alleen wist ik niet zo goed wat ik met m’n adem moest. Naar adem happend kreeg ik mijn slag niet te pakken. Roos had hier minder last van en stormde in het water keihard voorbij me.

Vervolgens konden we weer tien minuten op adem komen en gingen we de laatste ronde in. Dit keer begonnen we met fietsen. In de ‘wachtrij’’ sprak ik met de dame voor me al af dat we samen konden fietsen. En dat was ook precies hoe het ging. Al samenwerkend pikten we nog een andere dame voor ons op. Tijdens het zwemmen kon ik dit keer mijn adem weer onder controle houden. Vervolgens zei ik constant tegen mezelf: alleen nog maar lopen, alleen nog maar lopen. En het hielp want voor ik het wist zat de 1.5km erop.

Dieuwertje eindigde als 7e, Anna als 28e, Kirsty als 31e en Roos in haar eerste divisie debuut als 34e (ontzettend knap). Als team eindigden we netjes in de middenmoot als 6e.